Als ik het woningcomplex waar Esmé van den Boom (21) woont binnenkom moet ik me langs twee studenten wurmen die een kast op een skateboard proberen te verhuizen. In het midden van het complex is een binnenplaats ‘Bij ons toetjesfeest dansten we daar in de regen en in de zomer zetten we er picknicktafels neer en gaan we met zijn alle hier barbecueën,’ vertelt ze me later. Ik heb alweer door dat ik bij een student ben beland met een woning om jaloers op te zijn.
Wat brengt jou hier in Groningen?
‘Ik kom uit Wageningen. Vroeger ging ik één keer per jaar met mijn ouders hier decemberinkopen doen en bleven we bij een goede vriendin van hun slapen. Op mijn twaalfde liep ik hier dus rond en ik voelde me hier altijd ontzettend thuis. Toen ik eenmaal een studie moest gaan kiezen, ben ik heel braaf naar alle open dagen in Nederland geweest, maar ik wist stiekem al: Ik wil gewoon naar Groningen. Ik ben nu vierdejaars student Nederlands en Engels aan de RUG.‘
Hoe ben je aan deze kamer gekomen?
‘Mijn vader en ik hadden een dealtje gesloten. Ik zou alles regelen met studiefinanciering, inschrijvingen en alles wat er bij uit huis wonen komt kijken en dan zou hij een kamer voor mij zoeken. Natuurlijk moest ik wel zelf hospiteren. Via een site, waar hij genoeg punten had gespaard, heeft hij uiteindelijk deze kamer gevonden, het gebouw was precies af toen ik een kamer nodig had. Ik betaal voor iets meer dan 18 vierkante meter € 395,- per maand.‘
Met hoeveel huisgenoten woon je?
‘We wonen nu met zijn zessen, drie jongens en drie meisjes. Omdat ik al vanaf het begin hier woon heb ik best veel verschillende huisgenoten gehad. Een tijdje geleden woonden er alleen maar saaie mensen in dit huis, ik was zelf denk ik ook niet zo boeiend hoor, maar een kopje thee met elkaar drinken was al te veel. Nu hebben we echt een fantastische groep, we koken samen, we gaan samen uit of kijken een film.’
Als ik een rondleiding krijg en we de deur van de woonkamer opendoen, liggen er her en der hoopjes dekens met hoopjes mens eronder die tegen het daglicht knipperen. ‘We zijn allemaal een beetje brak,’ lacht Esmé, ‘gisteravond wezen stappen.’
Als je niet op je kamer zit, waar ben je dan vaak in Groningen te vinden?
‘Op school, stage bij Stichting Literaire Activiteiten Groningen maar het meest gewoon hier, op mijn kamer. Ik ben een beetje een huismus. Maar ik zit ook wel in de luxe positie dat veel mensen naar mij toe komen omdat ik aan de Westerhaven woon, wat heel centraal is. In dit huis is ook genoeg ruimte om dingen te organiseren. Samen met mijn beste vriendin en huisgenoot organiseer ik twee keer per jaar het toetjesfeest. Alle gasten nemen die avond een toetje mee en een fles drank. We hebben dan een veertiggangen menu aan toetjes. Vorige zomer stonden we bij het toetjesfeest op de binnenplaats met z’n zestigen te dansen in de regen. Met het hele complex hebben we een Facebookgroep waarin we wel even een waarschuwing geven als dit soort feestjes eraan komen. Natuurlijk houden we wel rekening met elkaar, maar je moet hier ook niet gaan wonen voor je rust.’
Hoe ziet jouw ideale studentenkamer eruit?
‘Ik speel gitaar en schrijf liedjes, daarvoor zou ik wel wat aanpassingen in mijn kamer willen. Zoals een stevige muur waaraan ik mijn gitaar kan hangen. Bij deze kamer probeerde ik dat maar toen kwam de plug er gelijk weer uit. Ook zou het fijn zijn als mijn kamer geluiddicht is. Nu, als ik een nummer opneem hoor je vaak mijn huisgenootjes met deuren erdoorheen slaan. Een andere wand moet vol met boeken staan, want de kast die ik nu heb is echt te klein. Een wenteltrap die naar mijn loft leidt vind ik ook wel wat, ik ben ook zo’n romanticus die overal kerstversiering en gezellige lampjes wil hebben. In mijn ideale studentenkamer staat ook een plant die in leven blijft.’ In de hoek van haar kamer staat een boompje die heel dapper nog een paar blaadjes probeert vast te houden, maar eigenlijk wel kaal verklaard mag worden. ‘Eerst had ik een kleinere plant gekocht ‘Robert’ naar Robert Plant van Led Zeppelin. Deze hield ik een jaar in leven en toen vond ik mezelf wel verantwoordelijk genoeg om een grote te kopen. Helaas verloor Lizzy bijna al haar blaadjes al bij het transport van de winkel naar mijn huis en heeft Robert met zijn mooie manen nu een heel zielig kaal vriendinnetje.’
Waar zien we je over 10 jaar?
‘Ik klink als een klein meisje die zegt: later als ik groot ben wil ik popster worden. Maar ja, ik wil echt popster worden als ik groot ben. Binnenkort is de Popronde in Groningen, hieraan doe ik mee. Vorig jaar ben ik er terecht uitgegooid. Je kan best ver komen zonder er echt veel voor te doen, maar op een gegeven moment loop je wel tegen de lamp als je niet 100% aandacht aan de muziek besteedt. Dit jaar ga ik proberen het anders aan te pakken.
Wat ik over tien jaar ook heel graag zou willen doen is literaire evenementen organiseren of een eigen boekenwinkel hebben waar je ook gewoon lekker kan koffiedrinken. Ik zit vaak bij boekhandel Van Der Velde. Ik zie dan elke keer een boek staan dat ik graag wil hebben. Na drie keer overwegen koop ik hem.
Zo’n boekwinkel met koffie zou ik dan in Groningen willen hebben. Groningen heeft zoveel voor mij gedaan, ik wil graag iets terug doen.’
Tekst en foto: Sterre Hurkens
‘Ik kom uit Wageningen. Vroeger ging ik één keer per jaar met mijn ouders hier decemberinkopen doen en bleven we bij een goede vriendin van hun slapen. Op mijn twaalfde liep ik hier dus rond en ik voelde me hier altijd ontzettend thuis. Toen ik eenmaal een studie moest gaan kiezen, ben ik heel braaf naar alle open dagen in Nederland geweest, maar ik wist stiekem al: Ik wil gewoon naar Groningen. Ik ben nu vierdejaars student Nederlands en Engels aan de RUG.‘
Hoe ben je aan deze kamer gekomen?
‘Mijn vader en ik hadden een dealtje gesloten. Ik zou alles regelen met studiefinanciering, inschrijvingen en alles wat er bij uit huis wonen komt kijken en dan zou hij een kamer voor mij zoeken. Natuurlijk moest ik wel zelf hospiteren. Via een site, waar hij genoeg punten had gespaard, heeft hij uiteindelijk deze kamer gevonden, het gebouw was precies af toen ik een kamer nodig had. Ik betaal voor iets meer dan 18 vierkante meter € 395,- per maand.‘
Met hoeveel huisgenoten woon je?
‘We wonen nu met zijn zessen, drie jongens en drie meisjes. Omdat ik al vanaf het begin hier woon heb ik best veel verschillende huisgenoten gehad. Een tijdje geleden woonden er alleen maar saaie mensen in dit huis, ik was zelf denk ik ook niet zo boeiend hoor, maar een kopje thee met elkaar drinken was al te veel. Nu hebben we echt een fantastische groep, we koken samen, we gaan samen uit of kijken een film.’
Als ik een rondleiding krijg en we de deur van de woonkamer opendoen, liggen er her en der hoopjes dekens met hoopjes mens eronder die tegen het daglicht knipperen. ‘We zijn allemaal een beetje brak,’ lacht Esmé, ‘gisteravond wezen stappen.’
Als je niet op je kamer zit, waar ben je dan vaak in Groningen te vinden?
‘Op school, stage bij Stichting Literaire Activiteiten Groningen maar het meest gewoon hier, op mijn kamer. Ik ben een beetje een huismus. Maar ik zit ook wel in de luxe positie dat veel mensen naar mij toe komen omdat ik aan de Westerhaven woon, wat heel centraal is. In dit huis is ook genoeg ruimte om dingen te organiseren. Samen met mijn beste vriendin en huisgenoot organiseer ik twee keer per jaar het toetjesfeest. Alle gasten nemen die avond een toetje mee en een fles drank. We hebben dan een veertiggangen menu aan toetjes. Vorige zomer stonden we bij het toetjesfeest op de binnenplaats met z’n zestigen te dansen in de regen. Met het hele complex hebben we een Facebookgroep waarin we wel even een waarschuwing geven als dit soort feestjes eraan komen. Natuurlijk houden we wel rekening met elkaar, maar je moet hier ook niet gaan wonen voor je rust.’
Hoe ziet jouw ideale studentenkamer eruit?
‘Ik speel gitaar en schrijf liedjes, daarvoor zou ik wel wat aanpassingen in mijn kamer willen. Zoals een stevige muur waaraan ik mijn gitaar kan hangen. Bij deze kamer probeerde ik dat maar toen kwam de plug er gelijk weer uit. Ook zou het fijn zijn als mijn kamer geluiddicht is. Nu, als ik een nummer opneem hoor je vaak mijn huisgenootjes met deuren erdoorheen slaan. Een andere wand moet vol met boeken staan, want de kast die ik nu heb is echt te klein. Een wenteltrap die naar mijn loft leidt vind ik ook wel wat, ik ben ook zo’n romanticus die overal kerstversiering en gezellige lampjes wil hebben. In mijn ideale studentenkamer staat ook een plant die in leven blijft.’ In de hoek van haar kamer staat een boompje die heel dapper nog een paar blaadjes probeert vast te houden, maar eigenlijk wel kaal verklaard mag worden. ‘Eerst had ik een kleinere plant gekocht ‘Robert’ naar Robert Plant van Led Zeppelin. Deze hield ik een jaar in leven en toen vond ik mezelf wel verantwoordelijk genoeg om een grote te kopen. Helaas verloor Lizzy bijna al haar blaadjes al bij het transport van de winkel naar mijn huis en heeft Robert met zijn mooie manen nu een heel zielig kaal vriendinnetje.’
Waar zien we je over 10 jaar?
‘Ik klink als een klein meisje die zegt: later als ik groot ben wil ik popster worden. Maar ja, ik wil echt popster worden als ik groot ben. Binnenkort is de Popronde in Groningen, hieraan doe ik mee. Vorig jaar ben ik er terecht uitgegooid. Je kan best ver komen zonder er echt veel voor te doen, maar op een gegeven moment loop je wel tegen de lamp als je niet 100% aandacht aan de muziek besteedt. Dit jaar ga ik proberen het anders aan te pakken.
Wat ik over tien jaar ook heel graag zou willen doen is literaire evenementen organiseren of een eigen boekenwinkel hebben waar je ook gewoon lekker kan koffiedrinken. Ik zit vaak bij boekhandel Van Der Velde. Ik zie dan elke keer een boek staan dat ik graag wil hebben. Na drie keer overwegen koop ik hem.
Zo’n boekwinkel met koffie zou ik dan in Groningen willen hebben. Groningen heeft zoveel voor mij gedaan, ik wil graag iets terug doen.’
Tekst en foto: Sterre Hurkens