Website: www.anderetijden.nl
Half april 1945. Het zijn de laatste dagen van de oorlog. Het grootste deel van Nederland is bevrijd. De Amerikanen trekken de Rijn over Duitsland in. De Russen naderen Berlijn. En Canadese soldaten bevrijden steeds meer delen van Nederland: achtereenvolgens Limburg, Gelderland, Overijssel, Drenthe. Terwijl het grootste deel van Nederland feest, staan half april Canadese militairen voor de stad Groningen.
Na de slag om Groningen, hopen de ’Canux’ dat de bevrijding van Delfzijl een ‘walk in the park’ wordt. Op weg naar de meest noordelijke haven van Nederland liggen slechts een paar gehuchten en de oorlog nadert nu echt wel zijn einde dus Duitse troepen zullen niet meer zo fanatiek zijn, zo redeneren de soldaten. Het loopt anders. Delfzijl is uitgeroepen tot Festung Delfzijl wat bij de Nazi’s betekent dat de haven tot de laatste man verdedigd zal worden en 4.000 Duitse soldaten moeten hiervoor zorgen. De route naar de haven is deels geïnundeerd en met mijnenvelden, mitrailleurnesten, geschutstellingen, loopgraven, prikkeldraadversperringen en wegversperringen proberen Duitse troepen de opmars van de geallieerden te stoppen.
Canadese troepen moeten voor elk dorp keihard vechten en verliezen daarbij veel mannen. Als de laatste Duitse soldaten zich op 2 mei overgeven en heel Nederland in Canadese handen is, kan de trieste balans worden opgemaakt. Bij gevechten in het Eemsmondgebied zijn tenminste 88 burgers en meer dan honderd Canadese militairen om het leven gekomen. Drie dagen later tekent de Canadese generaal Foulkes in hotel ‘De Wereld‘ in Wageningen de Duitse capitulatie in Nederland.
Interviews:
Stan Buttersworth (92)
Een aantal van de Canadese bevrijders is nog in leven, maar het worden er snel minder. Eén van de bevrijders van Groningen is Stanley -Stan- Butterworth (Winnipeg, Manitoba), die in 1945 op een Shermantank rijdt. Samen met zijn jongere broer Fred is hij in 1939 in het leger gegaan. Stan en Fred trekken samen door Europa en samen maken ze alle verschrikking van de oorlog mee. En natuurlijk belooft de oudste broer zijn ouders op de jongste broer te passen. Maar dan komt Groningen. Jongste broer Fred gaat in zijn tank op verkenning uit, wordt beschoten en komt om het leven op de Paterswoldseweg. Oudste broer Stan weet van niets en rijdt een dag later langs de kapotgeschoten tank van zijn broertje. In zijn huis in Winnipeg laat Stan de foto’s zien en leest de hartverscheurende brief voor die hij destijds aan zijn ouders schreef om hen op de hoogte te stellen van de dood van hun zoon.
Paul Wile (93) en Harry Wilson (93)
Cape Breton Highlanders, Paul Wile, (93) en Harry Wilson (93) zijn aanwezig bij de gevechten om Delfzijl. Beide raken verzeild in felle gevechten en zien vanuit hun gevechtsposities hoe Duitse soldaten constant heen en weer varen over de Eems van Delfzijl naar Duitsland. Het is een komen en gaan van versterkingen. Zij vermoeden dat de Duitse militairen zo gehersenspoeld zijn door het nazi-regime, dat ze denken dat de Canadezen erop uit zijn om ze om te brengen. Paul Wile herinnert zich de zware gevechten en kan nog levendig vertellen over de dag dat hij ‘single handedly’ 79 Duitse soldaten gevangen nam.
Joël Stoppels verzorgt met zijn bedrijf Battlefield Tours in Groningen excursies naar slagvelden. Stoppels laat Andere Tijden in de stad de overblijfselen van de slag zien. De Paterswoldseweg van Stan en Fred, de granaatinslagen, maar ook leidt Stoppels de kijker in de richting van de Ommelanden en Delfzijl. Langs de bunkers en versterkingen bij Termunten en Nansum, die onderdeel waren van de Atlantik Wall. Ondertussen kleurt een aantal Groningse ooggetuigen met hun ervaringen de opmars van de Canadezen in.
Andere Tijden schetst aan de hand van drie Canadese veteranen en een aantal Groningse ooggetuigen een fascinerend beeld van de laatste slag op Nederlands grondgebied, die aan het einde van de oorlog nog aan meer dan honderd Canadezen het leven kostte.