Bron: Werkman - Leven & Werk
Jeugd
Hendrik N. Werkman is van jongs af aan al creatief en maakt samen met zijn broers speelgoed. De broers Werkman groeiden op in Leens, daar was vader Klaas Jacob Werkman veearts. Er kwamen vaak paarden in de praktijk van de veearts en zo groeide de liefde van Hendrik Werkman voor paarden. De rustige en natuurrijke omgeving wekten creativiteit op bij Hendrik en Martinus Werkman. Ze maakten samen zelf speelgoed zoals renpaarden en kleine boekjes. Hiermee speelden ze dan de paardenrennen na. Deze creativiteit werd gestimuleerd door vader Klaas Jacob, hij vond het belangrijk om open te staan voor nieuwe ideeën. Vooral Hendrik en zijn jongere broer Martinus stonden open voor deze stimulans.
In 1891 overlijden de grootvader en vader van de broers Werkman. De moeder, Grietien Alingh Louwes, kon niet met haar kinderen blijven wonen in het grote huis in Leens. Zij vertrok daarom met haar kinderen naar haar zus in Assen. Daar kon ze niet aarden en vertrok na een jaar naar de stad Groningen. Dit was een wereld van verschil, in Leens hadden de kinderen veel natuur en speelden veel buiten. In Groningen was het stadse leven, maar gelukkig wenden de broers Werkman snel aan dit leven.
Zijn oudere broer volgde hier een opleiding op de HBS en zijn moeder wilde graag dat Hendrik ook naar de HBS ging. Hendrik zelf had hier niet veel zin in, maar heeft het wel geprobeerd. Zijn cijfers waren niet denderend, maar voor Nederlands daarentegen haalde hij wel hoge cijfers. Dit vak vond hij erg leuk en interessant. Zijn moeder had lang volgehouden om hem te stimuleren voor de HBS, maar in het derde jaar haalde Hendrik maar liefst vijf onvoldoendes en één voldoende voor Nederlands. Ze gaf het op en haalde Hendrik van school. Hij ging aan het werk bij boekhandel-drukkerij Borgesius in Sappemeer en leerde over de boekdrukkunst en andere facetten van de boekenwereld. Borgesius was niet alleen een drukkerij maar ook een boek- en kantoorboekhandel en uitgever van het Volksblad van Oost-Goorecht. In 1905 reisde Werkman een aantal maanden door België en kwam in aanraking met andere culturen. Hij was verbaasd over de grootte van België, de steden en de drukte.
Liefde & Zaken
In 1907 ontmoette hij Jansje Cremer tijdens een feest. Hij werd verliefd, maar de Cremer familie wist niet zeker of hij wel goed voor haar kon zorgen. Hendrik zette zijn dromen als kunstenaar opzij en ging hard werken aan een carrière. Hij kreeg een baan als bedrijfsleider bij drukkerij Knoop in Wildervank. Hier verzamelde hij de laatste stukjes kennis die hij nodig had om een eigen drukkerij te beginnen. In 1908 begint hij zijn eigen drukkerij in de Peperstraat. Hij heeft hierbij advies gekregen van zijn zwager, één van de zakenlieden van de familie.
Op 5 januari 1908 opent hij zijn boek- en handelsdrukkerij aan adres Peperstraat 5 in Groningen. De winkel loopt na een jaar al zo goed dat Hendrik en Jansje kunnen trouwen. In 1909 stappen Werkman en Cremer in het huwelijksbootje en gaan mooie jaren tegemoet. Ze wonen samen in Groningen en krijgen in totaal drie kinderen, twee dochters en een zoon. Het bedrijf blijft goed lopen, Hendrik creëert verschillende drukwerken zoals visitekaartjes, balboekjes en het Noordelijk Sportblad.
Op 2 april 1917 sterft Jantje plotseling aan een hersenbloeding en Werkman is totaal ontredderd. Hij probeert zijn werk weer op te pakken en zoekt afleiding in zijn bedrijf. Op dit moment is hij al verhuist naar een gloednieuw, speciaal voor hem gebouwd, pand in de Pelsterstraat. Onder in het pand was een grote hal waar de werkplaats zich bevond en boven deze werkplaats woonde hij met zijn kinderen.
In 1918 hertrouwt Werkman met Nell Supheert en haalde zijn zwager Theo Supheert binnen als vennoot van zijn nieuwe firma H.N. Werkman. Zij verzinnen samen een heleboel plannen, maar deze mislukken net als de samenwerking. In 1921 is Werkman genoodzaakt het pand aan de Pelsterstraat te verkopen en een kleiner pand te zoeken voor zijn bedrijf. Nell stimuleert zijn artistieke dromen en zorgt er voor dat Hendrik gaat schilderen. Hij heeft hier erg veel plezier in en schildert steeds vaker. Ook wordt hij lid van ‘De Ploeg’ en leert daar andere kunstenaars kennen.
Zijn schulden bij de bank zorgden er voor dat hij verschillende apparaten van zijn drukkerij moest gaan verkopen. Het was een tijd waarin het met steeds meer drukkers slecht ging. Naast het schilderen kreeg hij ineens het idee om te gaan experimenteren met zijn drukwerken. Hij maakte kunstwerken in zijn drukkerij en noemde het ‘druksels’. De meningen over zijn kunstwerken waren verdeeld, ze werden niet door iedereen begrepen. Bijna dagelijks hield De Ploeg bijeenkomsten en daar ging Hendrik ook vaak heen. Hier liet hij zijn drukkunst zien en het werd positief ontvangen.
In 1923 geeft Werkman zijn eerste blad van The Next Call uit, geïnspireerd door zijn kunstbroeders bij De Ploeg. Op dit moment is hij ook voorzitter van De Ploeg. Hij heeft veel plannen voor De Ploeg, maar hier komt weinig van terecht. Exposities worden slecht bezocht en de ruimte die hij samen met de andere leden had ingericht werd de ‘Rode Hel’ genoemd. Er komt weinig geld binnen en de boekhouding van de drankkosten is een chaos. Moe van al het gedoe geeft hij in september zijn voorzitterschap op. Wel blijft hij andere bestuursfuncties uitvoeren en blijft zijn blad bestaan. Hij geeft dit, met onregelmatige tussenpozen, negen keer uit tot en met 1926. Er zijn ook bewijzen gevonden dat het blad zelfs internationaal werd uitgegeven. Elk blad had weer een nieuwe stijl, maar de naam bleef hetzelfde.
Werkman kreeg verschillende opdrachten binnen via De Ploeg. Dat bestond vooral uit pamfletten voor exposities, vormgeven en drukken van bladen en illustraties ontwerpen bij boeken of teksten, geboorte- huwelijks- en rouwkaarten. Bij exposities nam Werkman ook deel met zijn schilderijen. Maar er kwam niet veel geld binnen en dit zorgt voor een grillige sfeer thuis. De relatie met Nell verslechterd en Werkman ontvlucht het huis steeds vaker om bij De Ploeg te zijn. In 1930 besloten Nell en Werkman te scheiden.
In 1933 organiseert De Ploeg een expositie met in totaal honderdvijftig kunstwerken van buitenlandse kunstenaars en Ploegleden. Deze tentoonstelling werd bedoelt om de ontwikkelingen te laten zien binnen de Europese moderne kunst. In totaal komen er meer dan vijfentwintighonderd bezoekers naar de expositie, dit was nog nooit eerder voorgekomen. Ondanks het succes, blijft de invloed van deze tentoonstelling beperkt, de slechte economie was hier ook een oorzaak van.
Na een aantal mislukte relaties en een verbroken verloving ontmoet Werkman in 1934 Greet van Leeuwen. De zestien jaar jongere vrouw werkt als lerares, is feministisch en gelooft niet in de traditionele rolverdeling. Zijn creativiteit begint weer op te borrelen en hij bleef fanatiek met zijn kunstwerken bezig. Hij voelde vooral veel ‘innerlijke kracht’ bij de vier schilderijen Gestoord gesprek, Betoog, Gesprek en Solistenkwartet. Deze schilderijen waren succesvol. Hij experimenteert ook met het combineren van verven en drukwerk. Dit wordt opgemerkt door Helen Spoor die net een nieuw atelier opende in Amsterdam in 1939. Zij bood hem aan om zijn kunstwerken daar tentoon te stellen, zonder kunstwerken van andere ploegleden. Deze kans heeft Werkman gegrepen. Het zou het jaar van Hendrik Werkman kunnen worden, maar het begin van de oorlog liet het anders verlopen.
Werkman blijft doorgaan met kunstwerken maken en blijft nuchter onder het feit dat Nederland is bezet. De Ploeg duikt vanaf 1941 wel onder en blijft van de radar. In 1942 horen Hendrik en Greet, met wie hij ondertussen getrouwd is, dat vrienden van hen ondergebracht zijn in gijzelaarskamp Beekvliet. Ook een groot aantal andere vooraanstaande figuren uit de wetenshap, politiek en het culturele leven zijn hier ondergebracht. Zelf stelden Hendrik en Greet het huis open voor het Joodse stel Govert en Ilse de Haas. Zij verbleven op steeds verschillende plekken in Groningen, maar bleven Hendrik en Greet lang herinneren.
Ook heeft Werkman een aantal jonge dichters geholpen met het publiceren van poëzie. Deze dichters wilden niet gecensureerd worden zoals bij andere uitgevers zou gebeuren. Werkman wilde hen wel helpen. In 1944 drukt Werkman de ballade Bos-Idylle van Ab Visser, geïllustreerd door Cees Bantzinger, en stuurt het door naar de illegale drukkerij De Bezige Bij. Een deel hiervan is door de bezetter onderschept en kreeg hierdoor Werkman in het vizier.
Door veel bewaarde brieven, van Werkman en ontvangen door Werkman, is er veel bekend over de laatste vijf jaren van zijn leven. Op 13 maart 1945 worden Hendrik Werkman en Greet van Leeuwen uit huis gehaald en naar het hoofdkwartier van de SD gebracht. Hij wordt verhoord en vervolgens vastgehouden, Greet werd wel al vrij snel vrijgelaten. Het is onduidelijk waarom Werkman is opgepakt. Het was namelijk niet bij de bezetter bekend dat zij Joden onderdak hadden geboden, wel wisten ze van zijn contact met drukkerij De Bezige Bij.
Op 10 april 1945 wordt hij ’s nachts, samen met negen andere gevangenen, uit de cel gehaald. Ze worden met een vrachtwagen naar Bakkeveen gebracht en moeten per twee uit de auto komen. Daar staan ze voor een gegraven kuil en krijgen een nekschot. Het vluchtig dichtgegooide graf wordt de volgende dag door arbeiders van de Nederlandse Heide Maatschappij ontdekt. Op 17 april 1945 krijgt Hendrik Nicolaas Werkman een eigen graf met grafsteen in Bakkeveen.
Zijn jongste dochter, Fie, heeft veel van zijn werken bewaard en deze aan het Groninger Museum geschonken. Ook zijn stukken via andere wegen terecht gekomen bij het Groninger Museum. Zo is er een mooie collectie ontstaan van verschillende soorten kunstwerken van H. N. Werkman. Niet alleen zijn ‘druksels’ zijn te zien in de tentoonstelling, maar ook de verschillende bladen die hij heeft uitgegeven, briefpapier en zijn schilderijen. Vooral in zijn drukwerk is ontwikkeling te zien, de techniek ging vooruit en zo werden ook zijn ‘druksels’ steeds beter. De apparaten die Werkman gebruikte zijn ook tentoongesteld en verschillende foto’s hangen in het groot aan de muur. Zo krijgt de bezoeker een goed beeld van de tijd waarin en de apparatuur waarmee Hendrik in de jaren twintig werkte. Ook is er een kleine ruimte aan Fie, zijn dochter, gewijd. Hier zijn verschillende kunstwerken van haar te bewonderen.
Op Landgoed Borg Verhildersum en in Leens is op dit moment een expositie over de jeugd van H. N. Werkman te bewonderen. Hier is zijn zelfgemaakte speelgoed tentoongesteld en er is een wandelroute door zijn geboorteplaats. Bij deze route hangen op verschillende gebouwen bordjes met een QR code, wanneer men deze op de telefoon opent wordt er een verhaal vertelt bij een foto van het gebouw rond 1882. Deze expositie en wandelroute zijn te bezichtigen van april tot en met november 2015.
In het Groninger Museum zijn de verschillende kunstwerken van H. N. Werkman te bewonderen vanaf de jaren twintig tot 1945. Deze expositie is te bezichtigen van april tot en met 1 november 2015.