De kist, gemaakt van ebbenhout en ingelegd met ivoor, werd rond 1740-45 gemaakt aan de oostkust van India in de havenstad Masulipatnam (Machilipatnam). Daar aan de noordkust van Coromandel was een handelspost van de Verenigde Oost-Indische Compagnie (VOC) nabij het centrum voor meubelen en de bedrukte stoffen die in Nederland bekend staan als sits. Sichterman heeft de nodige sits besteld, maar hij liet in Masulipatnam ook meerdere documentenkisten maken. Alleen de hoogste ambtenaren van de VOC konden zich dergelijke kisten veroorloven. De kistjes zijn daardoor erg zeldzaam. De duurste uitvoering was in ebbenhout, met ivoor inlegwerk en zilveren beslag. Zo’n kist bleef eeuwenlang in de familie bewaard.
De kist heeft aan de bovenkant een decoratie van bloemen die uit een pot ontspruiten, omgeven door een brede rechthoekige sierrand. De zijden zijn ook versierd met bloemen. In het midden in een ovaal het familiewapen van Sichterman. Het binnenwerk bestaat uit een aantal vakjes en lades langs de rand, waarin een zilveren inktpot en zandstrooier. Het binnenwerk is ook - eenvoudiger - voorzien van bloemmotieven.
Jan Albert Sichterman (1692-1764) doorliep een loopbaan bij de Verenigde Oost-Indische Compagnie in de vestiging Houghly in Bengalen, in de buurt van Calcutta. Hij keerde in 1745 - als admiraal van de retourvloot van de VOC - terug in zijn vaderstad Groningen om een groot huis, gevuld met kunst, aan de Ossenmarkt te betrekken. Naast heel veel Chinees wapenporselein en talloze Indiase voorwerpen zoals sitsen doeken en meubelen, bezat hij honderden schilderijen. Hij werd vanwege zijn rijkdom wel aangeduid als de koning van Groningen. Zijn huis staat nog altijd aan de Ossenmarkt.
De kist wordt binnenkort in het museum gepresenteerd.